Wij gebruiken cookies om uw ervaring beter te maken. Om te voldoen aan de cookie wetgeving, vragen we uw toestemming om de cookies te plaatsen. Meer informatie.
Tuintips Juli
Juli is een echte zomermaand. De zon schijnt, het is warm en de tuin staat in bloei. Nu kun je heerlijk in de tuin genieten van het mooie weer en uiteraard van je bloemen en planten.
Onderhoud planten.
Verwijder het onkruid uit de tuin. Maai het gazon minimaal een keer per week en zorg er voor dat het gazon niet te droog wordt. Belucht het gazon door de toplaag van het gazon uit te kammen. Strooi bij regenachtig weer wat gazonmest over het gazon. Bestrijd mos en onkruid in het gazon. Verkruimel de bodem, zodat het een beter zaaibed wordt en minder snel uitdroogt. Maak de grond los, zodat de structuur verbetert, onkruid wordt afgeremd en er voldoende beluchting is. Verwijder ongedierte, zoals luizen en slakken, uit de tuin. Laat slakken met huisjes leven. Ze eten de eitjes van de veel schadelijkere naaktslakken. Geef perkgoed goed water en bemest wekelijks bij. Verwijder de dode bloemen.
Planten
Zaai tweejarige en plant nieuwe planten. Oogst de rijpe tomaten. Vul de lege plekken in de border op met zomerbloeiers. Snoei de blauwe regen. Je kunt nu zaden winnen. Let er goed op dat de bloemen zijn uitgebloeid. Alleen de uitgebloeide bloemknoppen kunnen gebruikt worden, omdat hiervan de zaden rijp zijn. Leg de zaden op een donkere warme plaats en laat ze een paar dagen drogen. Bewaar de zaden op een donkere, koele en droge plaats, in een ventilerende verpakking, bijvoorbeeld een doosje met wat gaatjes in de deksel. In het voorjaar (april-mei) kun je de zaden in de tuin in de volle grond zaaien. Krent de druif. Snoei vaste planten, zoals ridderspoor (Delphinium), fijnstraal (Erigeron) en vaste violen, na de bloei terug tot 15 cm boven de grond. Je kunt bramen vermeerderen door toppen van lange scheuten aan een stokje te binden en in de grond te steken. Steun zonnebloemen, dahlia’s, rozen met een extra stok. Steun ook de vaste planten die topzwaar zijn.
Bomen, heesters en hagen
Knip de topscheuten en zijtakken van de heg weg om een strak aanzicht te houden. Snoei na de oogst de kersen- en perzikenboom en de bessenstruik. Het is normaal dat een appelboom in de vroege zomer onrijpe appels laat vallen. Dit afwerpen van overtollige vruchten wordt ‘junirui’ genoemd (ook als het in juli of augustus gebeurt). Bemest heesters en hagen.
Snoeien en bemesten
Om zo lang mogelijk van de bloeiende planten te kunnen genieten, haal je uitgebloeide bloemen weg. Sierheesters die hebben gebloeid, kun je snoeien tot boven een nieuwe uitloper. Is die er niet, snoei hem dan tot boven de grond terug. Nieuwe uitlopers van de druif kun je tot het vierde blad terugsnoeien. Om grote druiven te krijgen, haal je één trosje per tak weg. Bij de overgebleven trosjes verwijder je de kleinste druiven. De waterloten van fruitbomen kun je ook wegsnoeien. Heb je in juni niet bemest, dan kun je dat alsnog doen. Hagen en (sier)heesters kun je nu ook bemesten, evenals de roos. Kuipplanten kun je elke week wat mest geven.